1.3. Variabelen

Alles wat er tot nu toe aan bod gekomen, is eigenlijk ook mogelijk met de functies die je op een rekenmachine hebt.

Naast al deze functies heeft Python nog een hele handige mogelijkheid: je kan de waarden die je uitrekent opslaan in variabelen. Wanneer je dat doet kan je die later opnieuw gebruiken zonder opnieuw iets in te typen. Zodra je berekeningen ingewikkelder worden, of bijvoorbeeld een recursief karakter hebben, bespaart dat je een hoop moeite.

1.3.1. Wat zijn variabelen?

Variabelen hebben een naam en een waarde. Deze kan je in Python definiëren door de naam van de variabele te typen, gevolgd door een =-teken en de waarde van de variabele. Probeer maar eens de volgende commando’s uit te voeren.

getal = 10
tekst = 'Hallo'

In het voorbeeld hierboven zijn twee variabelen aangemaakt. De eerste heeft als naam getal en als waarde 10. De tweede heeft als naam tekst en als waarde 'Hallo'.

Om een variabele te gebruiken nadat je deze gedefinieerd hebt hoef je alleen maar de naam van de variabele in te typen. Python vult dan automatisch de bijbehorende waarde voor je in. Zo kunnen we bijvoorbeeld de stelling van Pythagoras stap-voor-stap opbouwen:

import math

a = 3
b = 4
c = math.sqrt(a ** 2 + b ** 2)

c

5.0

In principe worden variabelen bewaard totdat je de Pyhon-sessie afsluit. Ook na de berekening met a, b en c zullen de eerder gedefiniëerde variabelen getal en tekst nog bewaard zijn. Probeer deze waarden maar eens in je console op te vragen.

1.3.2. Typen variabelen

Wanneer je een variabele aanmaakt, bedenkt Python automatisch wat voor type variabele dit moet zijn. Een geheel getal wordt namelijk anders opgeslagen dan een getal met cijfers achter de komma en die is op zijn plaats ook weer anders dan een stuk tekst.

Om erachter te komen wat voor type een variabele is kunnen we de functie type() gebruiken.

getal = 10
type(getal)

int

---

kommagetal = 3.14
type(kommagetal)

float

---

tekst = 'Hallo'
type(tekst)

str

De belangrijkste types variabelen in Python staan in de onderstaande tabel.

type	officiele naam	beschrijving	voorbeeld
int	Integer	Gehele getallen	10
float	Floating point number	Kommagetallen	3.14
complex	Complex number	Complexe getallen	1 + 2j
str	String	Tekst	'Hallo'
bool	Boolean	Waar / Niet waar	True
list	List	Lijst van objecten	[ 1, 2, 'drie', 4]
dict	Dictionary	Lijst van paren objecten	{'Naam': 'Freek', 'Leeftijd': 30}