1.9. Haakjes

We zijn nu al verschillende soorten haakjes tegen gekomen, die elk een andere rol hebben in de code die we schrijven. Voor de duidelijkheid herhalen we hier nogmaals de rol van deze verschillende soorten haakjes.

1.9.1. Ronde haakjes ()

Deze gebruiken we wanneer we functies in python aanroepen. Wanneer we bijvoorbeeld het type van een object wilden weten typten we de naam van de bijbehorende functie (type), gevolgd door een stel ronde haakjes met daartussen het object waarin we geïnteresseerd waren.

a = 5
type(a)

int

1.9.2. Accolades {}

Accolades werden gebruikt om een dict te definiëren. Hiervoor plaatsten we de label-waarde paren tussen de accolades, gescheiden door komma’s.

persoon = {'naam': 'Freek', 'leeftijd': 30, 'haarkleur': 'bruin'}

1.9.3. Blokhaken []

Deze haken hebben we in twee verschillende rollen gezien. Ten eerste zagen we ze bij het aanmaken van lijsten. Hiervoor zet je de elementen die je in je lijst wilt hebben, gescheiden door komma’s, tussen de blokhaken

lijst = [1, 2, 'drie', 4]

Daarna zagen we de blokhaken ook terugkomen toen we een element uit een list of een dict wilden opvragen. Hiervoor zetten we de index of de key tussen blokhaken achter het object.

lijst = [1, 2, 'drie', 4]
persoon = {'naam': 'Freek', 'leeftijd': 30, 'haarkleur': 'bruin'}

lijst[2]

'drie'

persoon['naam']

'Freek'